Gratis bezorging vanaf €30,-

Hoe track je jouw cyclus?

Auteur: Sanature Leestijd: 8 minuten
Hoe track je jouw cyclus?
explainer

Waarom zou je jouw cyclus tracken?

Cyclus-tracken levert je een aantal voordelen op – voor zowel je gezondheid als het alledaagse leven. Ten eerste: als je weet hoe ‘normaal’ voor je voelt, merk je eventuele afwijkingen in je cyclus ook sneller op. Door je cyclus te tracken kun je ook beter begrijpen wanneer je meer of minder vruchtbaar bent. 

 

Cyclus-tracken helpt je ook met het voorspellen (en zelfs het plannen voor) maandelijkse veranderingen in je lichaam of geest. Denk hierbij aan PMS-achtige stemmingswisselingen, gekke trek, acne, menstruatiekrampen en veel meer. Zo ben je altijd voorbereid op je menstruatie. Plus, je kunt belangrijke evenementen (zoals je vakantie, een grote presentatie of misschien zelfs je bruiloft) plannen op momenten in je cyclus waarop je weet dat jij je goed voelt.

 

Stap 1: Je cyclus begrijpen 

 

De eerste stap van het cyclus-tracken? Begrijpen hoe een gemiddelde menstruatiecyclus werkt (ook al is ‘gemiddeld’ moeilijk te vinden in de wereld van menstruatiecycli). Een nieuwe cyclus begint altijd op de dag dat je ongesteld wordt, en gaat door vier fases heen: van je menstruatie en folliculaire fase, naar je ovulatie en je luteale fase. Gemiddeld duurt zo’n cyclus 28 dagen, maar alles tussen 21 en 35 dagen wordt als ‘normaal’ gezien. 

De vier fases van je cyclus

 

 

  1. Menstruatie: De eerste fase van je nieuwe cyclus begint op de dag dat je ongesteld wordt (ook wel menstruatie genoemd). In je vorige cyclus heb je baarmoederslijmvlies opgebouwd, wat tijdens je menstruatie via je baarmoederhals en vagina naar buiten stroomt – menstruatiebloed, dus. Dit duurt gemiddeld tussen de 2 tot 8 dagen, tot je stopt met bloeden. 
  2. Folliculaire fase: Het is een beetje verwarrend, maar je folliculaire fase begint tegelijk met menstruatie. Alleen duurt deze fase wat langer (gemiddeld tussen 10 en 22 dagen). In deze fase bereidt je lichaam zich voor op ovulatie door een eicel te laten ‘rijpen.’ Zodra je menstruatie voorbij is, voelt je folliculaire fase meestal best goed, zelfverzekerd en vol energie. 
  3. Ovulatie: Ongeveer halverwege je cyclus vind je eisprong plaats. Nu is de kans op zwangerschap ook het grootst (al ben je ook voor en na je eisprong vruchtbaar). Je ovulatie duurt zo’n 1 tot 2 dagen. 
  4. Luteale fase: Na je eisprong maakt je lichaam zich klaar voor een mogelijke zwangerschap en – als er geen eitje bevrucht raakt – voor je volgende menstruatie. De hormoonfluctuatie van je luteale fase zorgt voor al die PSM-achtige gevoelens. Deze fase duurt zo’n 14 dagen, tot je volgende menstruatie. En dan begint het allemaal weer opnieuw.

 

Stap 2: Mentale en emotionele veranderingen opmerken 

Zodra jij je bewust bent van de verschillende fases in je cyclus, kun je alle bijkomende veranderingen in je lichaam en geest beter opmerken. Je cyclus kan namelijk een effect hebben op je huid, seksdrive, stemming, eetlust, slaapritme, energieniveau, alledaagse afscheiding, krampen, pijn en nog veel meer. 

 

Stap 3: Alles bijhouden

 

Ten slotte moet je alles bijhouden. Dat kan je zelf doen, met pen en papier of op de kalender op je smartphone. Je noteert wanneer je ongesteld bent, wanneer niet en welke andere symptomen je door de maand heen ervaart. Dit kan je zo simpel of gedetailleerd maken als je zelf wilt. In verloop van tijd herken je patronen en kun je de verschillende fases van je cyclus identificeren. Je kunt ook een ovulatietest of thermometer gebruiken om nauwkeuriger te berekenen wanneer je eisprong is geweest. 

 

Heb je wat hulp nodig? Er bestaan ook een aantal apps die je cyclus bijhouden. Sommige zijn gratis en erg simpel in gebruik. Andere kosten geld en maken gebruik van complexe algoritmes en temperatuurdata om je een duidelijk beeld van je cyclus te geven (of je cyclus zelfs te voorspellen). Het kan dus helpen om wat onderzoek te doen naar een app die het beste bij jouw situatie en wensen past. 

 

Wat is een normale cyclus?

We praten veel over ‘gemiddelde’ en ‘normale’ cycli. Dat maakt het simpel, maar niet altijd even representatief. Een menstruatiecyclus verschilt namelijk van persoon tot persoon, maar ook door je leven heen (en soms wel van maand tot maand). De lengte van je cyclus is een goed voorbeeld. Sommige mensen hebben langere cycli dan anderen. Sommige cycli zijn heel regelmatig, anderen alleen regelmatig in hun onregelmatigheid. Het kan ook zijn dat je een menstruatiecyclus hebt waarin je niet ovuleert (dit komt vaker voor als je borstvoeding geeft of in de overgang zit). En ook de symptomen door je cyclus heen (of de intensiteit van die symptomen) kunnen per persoon verschillen. Daarom is het handig om te ontdekken wat ‘normaal’ is voor jou.